Vijfkruidengarnalen met noedels

4 personen

600 gr eiernoedels
zonnebloemolie
800 gram rauwe, gepelde garnalen (diepvries)
2 tl vijfkruidenpoeder
4 sjalotjes, in dunne ringen
4 cm verse gember, geraspt
4 el ketjap manis
250 gr sperziebonen, schoongemaakt en gehalveerd

Zet een pan water op voor de noedels.
Doe de ingevroren garnalen in een vergiet en spoel ze met koud water om te ontdooien. Zet opzij en spoel ze tussendoor nog een paar keer.
Kook de sperziebonen 8 à 9 minuten tot ze nét beetgaar zijn en giet ze af.
Verhit een scheut olie in een hapjespan of koekenpan of als je die hebt: een wok, op hoog vuur.
Bestuif de garnalen met het vijfkruidenpoeder en wat zout en peper en roerbak ze 2 minuten of tot ze roze kleuren. Schep ze op een bord. Als intussen het water kookt, bereid dan de noedels volgens de aanwijzing op de verpakking. Bewaar na het koken 125 ml van het kookwater.
Draai het vuur lager en voeg nog een beetje olie toe aan de pan. Roerbak de sjalot 2 minuten tot hij zacht is. Voeg de gember toe en bak 1 minuut mee. voeg de ketjap en de sperziebonen toe en roerbak nog 2 minuten tot de saus wat dikker wordt en karamelliseert. Voeg de garnalen, de noedels en het opgevangen kookwater toe en schep alles nog even goed door.

Erg, erg lekker, vooral op koude dagen tussen de middag als je nog aan je werk moet beginnen. Trouwens ook na je werk. Ach, het is gewoon lekker.